RUST OP DE AANNEMER EEN WAARSCHUWINGSPLICHT DAT EEN VERGUNNING NODIG IS?
Bijgewerkt op: 22 sep 2023
DE WET
De wet (artikel 7:754 BW) verplicht een aannemer om de opdrachtgever tijdig te waarschuwen tegen een onjuistheid, gebrek of een ongeschiktheid in het werk.
CASUS
Eind 2022 buigt de Hoge Raad zich over de vraag of op de aannemer op grond van artikel 7:754 BW een waarschuwingsplicht rust als hij weet of behoort te weten dat voor de (uitvoering) van het werk een omgevingsvergunning nodig is.
Het gaat om de realisatie van een draagconstructie op een dakterras voor de plaatsing van een jacuzzi, de realisatie van een overkapping inclusief hekwerk en het plaatsen van houten vlonderonderdelen om het bestaande dakterras uit te breiden.
Nadat het werk door de aannemer is opgeleverd, blijkt dat voor het werk een omgevingsvergunning is vereist en dat de overkapping/pergola en het hekwerk moeten worden verwijderd.
De opdrachtgever begint een procedure tegen de aannemer.
HOGE RAAD
De Hoge Raad oordeelt (uiteindelijk) als volgt: De aannemer is in beginsel niet gehouden om de opdrachtgever te waarschuwen als hij weet of behoort te weten dat voor de uitvoering van het werk een omgevingsvergunning nodig is. Uit de bewoordingen en de strekking van artikel 7:754 BW volgt dat die waarschuwingsplicht ziet op problemen over de realisatie van het werk volgens de opdracht.
Pas op: Een aannemer kan wel op een andere grond dan artikel 7:754 BW, met name een (impliciete) afspraak dan wel op grond van de redelijkheid en billijkheid, gehouden zijn om wel in een concreet geval de opdrachtgever te wijzen op de mogelijkheid dat een vergunning nodig is of zou kunnen zijn. Dit zal afhangen van de concrete omstandigheden van het geval.
Heeft u vragen over een aannemingsovereenkomst? Neem gerust contact met ons op via het contactformulier of bel naar: 06 123 18 244.